dinsdag 20 januari 2009

Zakdoekje leggen

De kinderen zitten in een kring.
Eén kind loopt buiten om de kring heen.
Hij of zij heeft een zakdoekje (of een ander voorwerp) in de hand.
De kinderen in de kring zingen het liedje:

Zakdoekje leggen,
Niemand zeggen,
Ik heb de hele nacht gewaakt.
Twee paar schoenen heb ik afgemaakt:
Een van stof en een van leer,
Hier leg ik mijn zakdoekje neer.


De kinderen hebben hun hoofd voorovergebogen, zodat ze niet kunnen zien waar de zakdoeklegger is.
Aan het eind van het lied legt het kind het voorwerp achter een kind dat in de kring zit.
Dan wordt het volgende gezongen:

Kijk voor je... Kijk achter je...

Het kind, bij wie het voorwerp ligt, staat op en probeert de zakdoeklegger te tikken.
Dat moet voordat de zakdoeklegger om de kring is gelopen en weer op zijn of haar eigen plaats is gaan zitten.
Het spel eindigt als dat kind getikt wordt of op zijn eigen plaats gaat zitten.
Het kind dat de zakdoek heeft gekregen, is de nieuwe zakdoeklegger.

Geen opmerkingen: